103 De Ongeziene Stromen: “Culturele homogenisatie” Een wereld vol Spijkerbroeken?
Tien Ontwikkelingen
Die Onze Toekomst Bepalen
3. Van Uniek naar Universeel: Verdwijnt Onze Cultuur in de Wereld van Spijkerbroeken?
Een drukke winkelstraat, ergens op de wereld. Misschien ben je in Parijs, misschien in São Paulo, misschien in Tokio. Wat zie je? Grote ketens zoals Starbucks en McDonald’s. Mensen in spijkerbroeken en sneakers, in de hand een kop koffie in een kartonnen beker… De muziek…? Grote kans dat het Engelstalige hits zijn. Klinkt bekend? Precies. Waar je ook bent, de wereld lijkt steeds meer eenheidsworst te worden. Wat ooit lokaal en uniek was, verdwijnt blijkbaar langzaam in de smeltkroes van globalisering. Pizza en sushi zijn overal. Regionale talen sterven uit. Hollywood domineert bioscopen wereldwijd… Enzovoorts, Enzovoorts…
Is dit een onvermijdelijk proces? Of kunnen we de diversiteit van onze culturen behouden?
Een Wereld Vol Eenheidsworst?
Globalisering en technologie maken het makkelijker dan ooit om elkaars cultuur te ontdekken. Dat is prachtig. Maar het heeft dus ook een keerzijde: het unieke verdwijnt. Wat eeuwenlang een diepgewortelde traditie was, wordt vervangen door een gestandaardiseerde, wereldwijd herkenbare cultuur.
Overwegingen per aspect:
De Nederlandse Taal: Een Zinkend Schip?
In 2018 schreef ik een blog getiteld ‘Behoud van het Nederlands Belangrijk?’, als reactie op een krantenartikel dat pleitte voor het beschermen van onze taal. Mijn conclusie? Het is vechten tegen de bierkaai. Dat was destijds mijn overtuiging, en die is in de afgelopen jaren alleen maar versterkt door de steeds verder toenemende invloed, van voornamelijk het Engels, op onze taal. De oorzaken en consequenties van de huidige ontwikkelingen heb ik hieronder wat verder uitgewerkt.
Volgens UNESCO wordt bijna 40% (van de ongeveer 7.000 talen wereldwijd) met uitsterven bedreigd. Dit betekent dat duizenden talen – en de bijbehorende verhalen, liederen en tradities – op termijn zullen verdwijnen. Misschien wat kort door de bocht voor sommigen, maar dit is een blog en geen academische studie. De verwachtingen die ik hier schets, worden echter niet tegengesproken door onderzoek of ontwikkelingen, maar juist bevestigd.
Het Nederlands op de Lange Termijn: Krimp of Behoud?
Op korte termijn lijkt er geen directe bedreiging voor het Nederlands, maar als we verder vooruitkijken, zijn er duidelijke signalen dat de positie van onze taal onder druk staat. Dit komt door een combinatie van globalisering, migratie, technologie en taalbeleid.
1. Dominantie van Wereldtalen
Engels is al decennia de internationale standaardtaal in handel, wetenschap en technologie. Spaans en Arabisch groeien sterk door demografie en migratie, terwijl Chinees steeds belangrijker wordt door de economische macht van China.
Om een beeld te krijgen van de verhoudingen op de wereldtaalkaart, is hier een overzicht van de tien meest gesproken talen ter wereld (inclusief moedertaal- en tweede taalgebruikers, t.w. sprekers!):
- 18% – Engels: 1,4 miljard
- 14% – Mandarijn Chinees: 1,1 miljard
- 7,5% – Hindi: 602 miljoen
- 7% – Spaans: 548 miljoen
- 4% – Frans: 309 miljoen
- 3,5% – Arabisch: 274 miljoen
- 3,4% – Bengaals: 272 miljoen
- 3,3% – Portugees: 263 miljoen
- 3,2% – Russisch: 255 miljoen
- 2,9% – Urdu: 231 miljoen
Het Nederlandse aandeel is ongeveer 0,3% (24 miljoen) ‘sprekers’. Het Nederlands neemt dus een marginale positie in op de wereld-taalkaart. Dit maakt het kwetsbaar voor de invloed van dominante talen, met name Engels, dat wereldwijd als eerste of tweede taal door maar liefst 1,4 miljard mensen wordt gesproken.
2. Migratie en Meertaligheid in Nederland
Nederland is een van de meest meertalige landen van Europa. Volgens het CBS spreekt 25% van de inwoners thuis een andere taal dan Nederlands. In sommige steden, zoals Amsterdam en Rotterdam, ligt dit percentage nog hoger.
Daarnaast blijkt uit een rapport van de Taalunie (2023) dat 77% van de Nederlanders Engels als tweede taal beheerst, en dat onder jongeren dit percentage zelfs boven de 90% ligt. Dit betekent dat Engels steeds vaker als communicatietaal wordt gebruikt, vooral in hoger onderwijs en internationale bedrijven. Ouderen (ik ben van 1954) onder ons, weten nog dat de mensen in het oosten van ons land weliswaar een beetje Duist spraken, maar dat de rest van Nederland, naast het beetje school-Engels en -Frans geen enkele tweede taal beheerste op een redelijk communicatief vaardigheidsniveau. Dit om even aan te geven dat er toch in een relatief korte tijd heel veel is veranderd.
In sommige wijken en steden groeit het aantal huishoudens waar thuis nauwelijks nog Nederlands wordt gesproken. Dit betekent dat op de lange termijn het Nederlands mogelijk terrein verliest als vanzelfsprekende omgangstaal.
3. De Impact van Technologie en Media
Jongeren consumeren steeds vaker Engelstalige content via TikTok, YouTube, Netflix en Spotify. Uit een onderzoek van het Sociaal Cultureel Planbureau (2022) blijkt dat bijna 80% van de jongeren in Nederland dagelijks Engelstalige media consumeert.
Daarnaast is Engels al de standaard in:
- Wetenschap: 97% van de wetenschappelijke publicaties wereldwijd is in het Engels.
- Hoger onderwijs: Meer dan 75% van de masteropleidingen in Nederland wordt in het Engels aangeboden.
- Internationale handel: Engels is de voertaal bij meer dan 85% van de multinationals in Nederland.
Met de opkomst van AI-vertalingen en spraakassistenten worden taalbarrières steeds kleiner, wat in theorie de noodzaak om Engels te gebruiken in internationale contexten zou moeten verminderen. In de praktijk heeft de toename van intensieve multiculturele contacten in Nederland echter een nog grotere invloed op taalgebruik. Spraakassistenten lossen vooral specifieke vertaalproblemen op, maar minder in directe, interpersoonlijke communicatie.
4. Het Belang van Taalbeleid?
Sommige landen beschermen hun taal actief tegen de oprukkende invloed van het Engels en andere dominante wereldtalen. Frankrijk heeft bijvoorbeeld taalquota op de radio, waarbij ten minste 40% van de muziek Franstalig moet zijn, om te voorkomen dat Engelstalige popmuziek de overhand krijgt. Daarnaast heeft Frankrijk de Loi Toubon, een wet die overmatige Engelse invloed in officiële documenten verbiedt en voorschrijft dat overheidscommunicatie, advertenties en werkgerelateerde correspondentie in het Frans moeten zijn.
Ook Duitsland probeert de eigen taal te beschermen door waar mogelijk Duitse alternatieven voor Engelse termen te gebruiken. Zo gebruiken ze ‘Rechner’ in plaats van ‘computer’, ‘Handy’ in plaats van ‘mobile phone’ en ‘Fernseher’ in plaats van ‘television’. En hoewel Engels in het Duitse bedrijfsleven en academische wereld natuurlijk ook steeds vaker voorkomt, blijft er een sterke culturele reflex om de eigen taal actief te handhaven en te vernieuwen.
Een nog striktere benadering zien we in IJsland, waar de overheid wetten heeft ingesteld om het IJslands te beschermen tegen buitenlandse invloeden. Nieuwe technologische termen worden door de Íslensk málnefnd (de IJslandse taalcommissie) actief vertaald naar IJslandse equivalenten, zodat de taal zich blijft ontwikkelen zonder afhankelijk te worden van leenwoorden. Bovendien wordt in IJsland strenger op taalgebruik gelet in het onderwijs en de media, om te voorkomen dat Engels te dominant wordt onder jongeren.
Het actief beschermen van een taal heeft misschien bepaalde voordelen, maar brengt in de huidige tijd ook heel duidelijke nadelen met zich mee. Hier zijn een paar belangrijke punten waarin landen zoals Frankrijk, Duitsland en IJsland zichzelf mogelijk beperken door hun taalbeleid:
1. Economische Nadelen: Internationale Concurrentiepositie
- In een globaliserende wereld waarin Engels de dominante taal is, kan een te strikte taalbescherming bedrijven en wetenschappers beperken.
- Frankrijk heeft bijvoorbeeld wetten die bedrijven verplichten om intern in het Frans te communiceren. Dit kan een barrière vormen voor internationale bedrijven die zich in Frankrijk willen vestigen of buitenlandse werknemers willen aantrekken.
- In IJsland zijn sommige technische en academische vakgebieden beperkt, omdat internationale wetenschappelijke literatuur vrijwel uitsluitend in het Engels is. Hierdoor lopen IJslandse wetenschappers het risico achterop te raken.
2. Beperkte Toegankelijkheid van Kennis en Innovatie
- Door vast te houden aan vertalingen (zoals in Duitsland en IJsland) ontstaat vertraging in de adoptie van nieuwe concepten, omdat er eerst een geschikt alternatief woord moet worden bedacht en geaccepteerd.
- Dit kan er ook toe leiden dat jonge generaties minder goed voorbereid zijn op de internationale arbeidsmarkt, simpelweg omdat ze minder gewend zijn om in het Engels te denken en werken.
3. Tegennatuurlijke Taalontwikkeling: Kunstmatige Drempels
- Taal is een levend fenomeen en verandert voortdurend. Strikt vasthouden aan nationale alternatieven voor gangbare Engelse termen voelt soms geforceerd aan.
- In Duitsland worden termen zoals ‘Rechner’ (in plaats van ‘computer’) nog wel gebruikt, maar in de praktijk zijn veel Duitsers inmiddels ook gewend geraakt aan Engelse woorden zoals ‘Laptop’, ‘Internet’ en ‘Smartphone’. Dit zorgt ervoor dat taalbeleid soms achter de feiten aanloopt.
- In Frankrijk worden officiële vertalingen van technische termen vaak genegeerd door het publiek. De Académie Française probeert bijvoorbeeld ‘courriel’ (e-mail) en ‘mot-dièse’ (hashtag) te promoten, maar de meeste Fransen gebruiken gewoon ‘email’ en ‘hashtag’. Beleid, zonder voedingsbodem dus…
4. Beperkte Flexibiliteit in Hoger Onderwijs
- Universiteiten in landen met een strikt taalbeleid hebben moeilijker toegang tot internationaal talent.
- In Frankrijk en Duitsland is er soms weerstand tegen Engelstalige opleidingen, terwijl in landen zoals Nederland en Scandinavië veel studies al volledig in het Engels worden aangeboden.
- Dit kan ertoe leiden dat internationale studenten eerder kiezen voor Engelstalige universiteiten buiten deze landen, wat een verlies van talent en economische kansen betekent.De discussie over Engels in het hoger onderwijs wordt vaak gevoerd als een kwestie van nationale identiteit, maar in de praktijk draait het vaker om de beperkingen van docenten. Veel weerstand komt voort uit onvoldoende beheersing van het Engels, en niet uit inhoudelijke bezwaren tegen internationalisering. Door Engelstalig onderwijs terug te draaien, lossen we geen probleem op, maar vertragen we slechts de noodzakelijke aanpassing aan een mondiale realiteit.
Conclusie: De Paradox van Taalbescherming
Landen die hun taal actief beschermen, doen dat uit culturele trots en identiteitsoverwegingen, maar in de huidige tijd kan dit economische, wetenschappelijke en onderwijskundige nadelen met zich meebrengen.
- Enerzijds helpt taalbeleid om nationale culturen te behouden en te beschermen tegen verengelsing.
- Anderzijds kan een te strikte houding leiden tot vertraging in innovatie, moeilijkheden in internationale samenwerking en een afname van concurrentiekracht op de wereldmarkt.
De vraag is: in hoeverre moet je je taal beschermen, zonder jezelf buitenspel te zetten in een Engelstalige wereld?
Dit spanningsveld maakt de discussie over taalbeleid in Nederland zo interessant. Moeten we, zoals Frankrijk en IJsland, onze taal actief verdedigen? Of is het slimmer om, zoals Nederland nu doet, flexibel mee te bewegen en Engels waar nodig te omarmen?
Nederland hanteert dus een veel liberaler taalbeleid, waardoor Engels hier makkelijker terrein wint. De vraag is of dit een bewuste keuze is, of simpelweg een ontwikkeling die zonder verzet wordt geaccepteerd. Ik noem het altijd de Nederlandse ‘pragmatische tolerantie’ en dat duidt dus op het laatste… Er is weinig regelgeving om de invloed van Engels te beperken, en veel universiteiten en bedrijven kiezen vrijwillig voor Engels als voertaal.
Als deze trend zich voortzet, zou Nederland een van de eerste landen kunnen worden waar Engels niet alleen de secundaire, maar mogelijk zelfs de primaire taal wordt in hoger onderwijs en zakelijke communicatie.
Conclusie: Wat Brengt de Toekomst?
Het Nederlands zal niet van de ene op de andere dag verdwijnen, maar er zijn duidelijke signalen dat het op lange termijn terrein verliest in wetenschap, media, hoger onderwijs en internationaal zakendoen. Zonder actief taalbeleid en bewuste inspanningen om het Nederlands relevant te houden, kan het Nederlands binnen 50 tot 100 jaar een secundaire taal worden, naast Engels als dominante communicatie- en onderwijstaal. De vraag is dus niet of de positie van het Nederlands verandert, maar hoe snel en in welke mate. Dat besef zou in de voornoemde (cursief geplaatste) discussie tenminste aanwezig moeten zijn.
Kunst en Literatuur: Verdwijnt het Lokale?
Loop een willekeurige boekhandel binnen, en de kans is groot dat je vooral internationale bestsellers ziet liggen. Films? Hollywood bepaalt grotendeels wat we kijken. In de kunstwereld voeren trends als minimalisme en abstracte kunst de boventoon.
Toch is er niet alleen sprake van eenheidsworst. Nederlandse kunstenaars, schrijvers en muzikanten vinden juist óók nieuwe wegen naar een wereldwijd publiek. Paul Verhoeven bracht met Zwartboek en Benedetta internationale successen naar het witte doek. Marieke Lucas Rijneveld won als eerste Nederlander de International Booker Prize met De avond is ongemak. In de muziekwereld weten artiesten als Duncan Laurence, Benny Sings en Tiësto via Spotify en YouTube miljoenen luisteraars te bereiken.
Globalisering maakt het speelveld dus breder. Ja, het zorgt ervoor dat de dominante stromingen de toon zetten, maar het biedt tegelijkertijd kansen voor nicheculturen om hun plek te veroveren. Kunst en literatuur verdwijnen niet, ze passen zich aan en vinden steeds weer nieuwe routes naar het publiek.
Tradities en Gewoonten: Verdwijnen of Evolueren?
Wanneer zag je voor het laatst iemand in klederdracht over straat lopen? De kimono in Japan, de klompen in Nederland en de Lederhosen in Duitsland zijn vooral nog te vinden bij toeristische attracties of folkloristische evenementen.
Maar betekent dat dat tradities echt verdwijnen? Niet per se. Sommige passen zich aan, zoals Sinterklaas, dat door maatschappelijke discussies steeds een andere vorm krijgt, hoewel het maar de vraag is of ie kan blijven concurreren met de Kerstman die al in oktober de commercie en huiskamers binnenwandelt. Andere vinden juist hun weg naar ons via globalisering. Halloween, ooit typisch Amerikaans (ik had er begin jaren zeventig nog nooit van geboord), is inmiddels een vast fenomeen in Nederland. Ondertussen zet ook UNESCO zich in om cultureel erfgoed te beschermen, van de Argentijnse tango tot Japanse kalligrafie.
Tradities zijn geen stilstaande relicten uit het verleden, maar levende fenomenen die veranderen met de tijd. Wat blijft, zijn de tradities die we bewust blijven koesteren.
Migratie: Monocultuur of Verrijking?
Sommigen vrezen dat migratie leidt tot culturele eenvormigheid. Nieuwe inwoners passen zich aan, nemen de dominante gewoonten over, en langzaam verdwijnt de eigenheid van een cultuur.
Maar de werkelijkheid is complexer. Migratie betekent niet alleen aanpassing, maar ook culturele kruisbestuiving. Denk aan de Nederlandse eetcultuur: dertig jaar geleden was een snackbar met een kroket of een frikandel de standaard. Nu eten we massaal shoarma, sushi en Surinaamse roti, en zijn we verslaafd geraakt aan pokébowls en bubble tea. In Duitsland is de dönerkebab zo geïntegreerd dat het een van de populairste fastfoodgerechten is geworden.
Migratie zorgt voor verandering, maar dat betekent niet dat diversiteit verdwijnt. Integendeel, het leidt vaak tot nieuwe, unieke mengvormen.
Media en Streamingdiensten: Een Zegen of een Vloek?
In de huidige wereld bepaalt technologie in grote mate welke cultuur dominant is. TikTok, Spotify en Netflix sturen wat we consumeren en zorgen ervoor dat trends razendsnel wereldwijd worden verspreid. Een nummer kan op TikTok viral gaan en binnen enkele dagen een wereldhit worden. Engelstalige content blijft daarbij de norm, wat kleinere talen onder druk zet.
Toch heeft technologie ook een keerzijde die in het voordeel van culturele diversiteit werkt. YouTube, Etsy en Patreon geven ook een podium aan kleine, specifieke kunstvormen en ambachten. K-pop, ooit een Koreaanse niche, groeide via sociale media uit tot een wereldwijde beweging. Traditionele muziek uit Latijns-Amerika, Afrikaanse literatuur en Japanse anime vinden allemaal hun weg naar een internationaal publiek dankzij digitale platforms.
Technologie is dus niet per definitie een bedreiging. Het is een gereedschap, en de manier waarop we het gebruiken, bepaalt of het onze cultuur versmelt of juist verrijkt.
Is een Monocultuur Echt Onvermijdelijk?
In onze huidige wereld lijkt alles steeds meer op elkaar, maar dat betekent niet dat culturele verscheidenheid verdwijnt. Culturele homogenisatie is geen natuurwet. We kunnen enigszins sturen hoe onze cultuur zich ontwikkelt.
- Overheid en beleid – Investeer in kunst en erfgoed, want dat zijn de plekken waar culturele diversiteit het meest gevierd wordt.
- Steun voor lokale cultuur – Koop boeken van lokale schrijvers, luister naar artiesten van eigen bodem, bezoek kleine filmhuizen en theatervoorstellingen.
- Bewustwording – Cultuur blijft bestaan zolang we haar blijven waarderen en actief doorgeven.
De Menselijke Drang om Zich te Onderscheiden
Zelfs in een wereld waarin culturele homogenisatie de norm lijkt, blijft de menselijke drang om zich te onderscheiden een krachtige tegenbeweging. Mensen willen niet opgaan in de massa; ze zoeken naar manieren om uniek te zijn, of dat nu via taal, mode, kunst, muziek of levensstijl is.
In een ogenschijnlijk uniforme cultuur ontstaan dus altijd subculturen en nieuwe expressievormen. Denk aan hoe jongerengroepen zoals punk, hiphop of goth juist ontstonden als reactie op de dominante cultuur. En wat te denken van de Rock in de jaren vijftig-zestig… Zelfs binnen wereldwijde trends ontstaan variaties—een universeel modebeeld wordt lokaal aangepast, wereldmuziek krijgt regionale invloeden en populaire taalgebruik wordt doordrenkt met lokale dialecten en nieuwe woorden en soms, heel soms, komt er een ‘Woodstock-buildozer‘ (jaren zestig) die een hele wereld op z’n kop zet….
Deze dynamiek laat zien dat volledige culturele homogenisatie onmogelijk is. De behoefte om je ergens bij te horen, maar tegelijkertijd toch een eigen identiteit te behouden, zorgt ervoor dat er altijd nieuwe vormen van diversiteit zullen ontstaan. Culturele eenvormigheid lijkt dus meer een tijdelijk patroon dan een eindpunt: waar uniformiteit ontstaat, creëert de mens vanzelf nieuwe manieren om zich te onderscheiden.
Slotgedachte: Een Hybride Wereld, Geen Monocultuur
Ja, globalisering verandert cultuur. Maar dat betekent niet dat alles verdwijnt. Cultuur is geen fossiel dat op een dag uitsterft, maar een levend organisme dat zich aanpast, vermengt en telkens opnieuw vorm krijgt. De vraag is niet of cultuur zal veranderen, maar hoe wij die verandering sturen.
Cultuur verdwijnt dus niet, maar verschuift. De vraag is niet of we veranderen, maar hoe we grip houden op die verandering, zonder onze eigenheid te verliezen.
Jeroen Teelen (+4o)
4 februari 2025
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!