35 De economie van morgen: verdienen, erven of speculeren?
31 december 2018
De economie van morgen: verdienen, erven of speculeren?
Terwijl arbeid steeds minder oplevert en vermogen almaar sneller groeit, rijst de vraag: wie drijft onze toekomstige economie? De arbeider, de ondernemer, de belegger, of vooral de erfgenaam? In een tijd waarin de ongelijkheid toeneemt en het maatschappelijk draagvlak voor het economisch systeem onder druk staat, is die vraag niet langer theoretisch. Ze raakt aan de kern van onze samenleving.
Geld als middel, niet als doel
Oorspronkelijk was geld een ruilmiddel: een recht op uitgestelde tegenprestatie. Het had geen intrinsieke waarde, maar functioneerde als smeermiddel van de economie. In die economie draait alles om drie drijvende krachten: nieuwsgierigheid (onderzoek en innovatie), ondernemerschap (het aanbieden van producten en diensten), en arbeid (de uitvoering). Financiële dienstverlening faciliteert deze processen – zoals olie een motor laat draaien.
Maar de balans is zoek. Waar geld ooit dienend was, lijkt het nu vaak leidend. De olie is een doel op zich geworden. Steeds meer kapitaal zoekt rendement zonder iets bij te dragen aan de reële economie. Beleggingsproducten, speculatief vastgoed en rente op schulden creëren vermogen zonder waarde. Het gevolg: een economie waarin bezit loont, niet prestatie.
Banken en hun rol
Banken vervullen een essentiële administratieve functie in onze economie. Maar in hun drang naar winstmaximalisatie zijn ze zich steeds meer gaan toeleggen op eigen beleggingsproducten, fondsbeheer en rentewinst. Daarmee zijn ze niet langer alleen dienstverlener, maar ook marktpartij met belangen die soms haaks staan op die van hun klanten.
De moraal heeft daar niet altijd standgehouden. De crisis van 2008 was daar een symptoom van, maar structurele ongelijkheid is een hardnekkiger gevolg. De Gini-coëfficiënt in Nederland is tussen 2000 en 2020 gestegen van circa 0,29 naar 0,34 – een toename van ongelijkheid met bijna 17%. Ter vergelijking: in de rest van de EU bleef deze stijging beperkt tot gemiddeld 7% (bron: Eurostat).
Erfelijkheid van rijkdom
Een van de belangrijkste bronnen van vermogensongelijkheid is het ongelimiteerd doorgeven van kapitaal. Erfgenamen profiteren van vermogen dat ze zelf niet hebben opgebouwd, zonder maatschappelijke tegenprestatie. Spaargeld en vastgoed stijgen in waarde, los van arbeid of innovatie. Daarmee ontstaat een structureel voordeel dat zichzelf in stand houdt.
Dat vraagt om herijking. Erfbelasting kan een instrument zijn, maar belangrijker is het stimuleren van investeringen in publieke doelen. Vermogen dat bijdraagt aan maatschappelijke waarde moet beloond worden; vermogen dat alleen opgepot wordt, mag zwaarder belast worden.
Ondernemerschap als kernwaarde
Ondernemers die risico nemen en maatschappelijke waarde creëren, vormen het fundament van economische groei. Hen ontmoedigen met overdreven belastingdruk is contraproductief. Tegelijk moet onderscheid worden gemaakt tussen productieve ondernemingswinst en vermogenswinst zonder tegenprestatie.
Een rechtvaardig systeem beloont initiatief, niet alleen bezit. Wie onderneemt, draagt bij. Wie slechts bezit, zou dat bezit moeten verantwoorden.
Tijd voor herziening
De verhouding tussen arbeid en rendement is uit balans. Waar vroeger vrijwel alle economische groei ten goede kwam aan werkenden, vloeit vandaag een steeds groter deel naar kapitaalbezitters. Dat is niet alleen oneerlijk, het is ook onhoudbaar. Extreme ongelijkheid ondermijnt het vertrouwen, de stabiliteit en uiteindelijk de groei zelf.
We hebben behoefte aan een economie die zowel ondernemerschap stimuleert als ongelijkheid begrenst. Dat betekent: nieuwe vormen van kapitaalinzet, rechtvaardiger belastingsystemen en een maatschappelijke discussie over wat we onder “waarde” verstaan.
Kapitaal is niet het probleem. Maar het moet wel weer in dienst staan van de samenleving.
Wie verdient straks onze economie? Het antwoord op die vraag ligt in de keuzes die we vandaag durven maken.
Door Jeroen Teelen
(gepensioneerd ondernemer met veel ‘vragen’ vanuit het brede maatschappelijke belang…)
31 december 2018
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!