74 DE WAARDE VAN WETENSCHAP? (Is wetenschap ‘ook maar een mening’?)
Te midden van onze zoektocht naar kennis en waarheid, rijst bij sommigen soms de vraag: Is wetenschap werkelijk zo cruciaal?
Er zijn vele goede artikelen beschikbaar over wetenschap en haar waarde, dus ik heb getwijfeld of ik er überhaupt iets over moet willen melden, maar toen ik tijdens een verjaardagsdiscussie een opmerking maakte over kwakzalverij, kwam de reactie: “Wetenschap is ook maar een mening” vergezeld van “Er is méér dan alleen wetenschap”.
Dat is in zekere zin waar, maar het is onverstandig om dat altijd te roepen zodra het in je denkbeeld past en ik heb het gevoel dat dit te vaak gebeurt. Vandaar deze ‘poging in lekentaal’ om de rol van wetenschap in ons leven wat te verduidelijken en aan te geven hoe die in verhouding staat tot andere levensbeschouwingen en ervaringen.
De rol van wetenschap: Natuurlijk heeft ieder mens een wereldbeeld, passie, goed gevoel bij…, geloof in… en dat kunnen goede leidraden zijn, maar soms is er net iets meer nodig om de juiste volgende stap te kiezen. De insteek: “We moeten op ons gevoel, intuïtie of dynamiek van het moment afgaan om onze ‘waarheden’ en ‘doelen’ te vinden of te kaderen” is dan niet voldoende. Die benadering is weliswaar ‘inclusief’ (iedereen kan er deel van uitmaken) maar leidt ook tot een grote verzameling van verschillende inzichten, want iedereen zal er iets van vinden. Vervolgens proberen we dan valide argumenten te verzamelen om met die anderen een zekere consensus te bereiken. Juist hier ontstaat de behoefte aan wetenschap: aan duidelijkheid, aan legitimiteit van argumenten, enzovoort. Wetenschap is echter ook de wereld van een selecte groep waardoor buitenstaanders zich er soms tegen afzetten, dus haar PR verdient dus wellicht ook wel wat meer aandacht.
Iedereen heeft behoefte aan verifieerbare kennis om zinvolle vervolgstappen in het denken en handelen te kunnen zetten…
Wetenschap is niet slechts “ook maar een mening” maar anderzijds is ze ook geen “absolute waarheid!”. Maar wat is ze dan wel precies? Deze vraag zou eigenlijk de eerste moeten zijn voordat we de waarde ervan kunnen inschatten.
Wat is wetenschap? Wetenschap kent haar eigen methoden en conventies. Ze vertegenwoordigt een poging om vanuit ervaringen betrouwbare voorspellingen te doen. Met andere woorden: “Observaties en experimenten leiden tot ‘kennis’ die ons in staat stelt toekomstige gebeurtenissen succesvol te voorspellen”. Dit vraagt wel om een kleine nuancerende toelichting…
1 Observaties zijn vrijwel altijd beperkt door onze zintuigen of door de meetinstrumenten c.q. meetmethoden die we hebben ontwikkeld (zintuigen en instrumenten zijn niet onbeperkt nauwkeurig en alles omvattend en een meet-methode kan meer of minder succesvol blijken). Observaties zijn dus niet onfeilbaar, maar worden beperkt door de kwaliteit van het ‘instrumentarium’. Onze observaties worden echter wel steeds nauwkeuriger door voortdurende verfijningen van meetinstrumenten en -methoden. Bij het beoordelen van deze observaties moeten we natuurlijk ook potentiële meetfouten en toevalstreffers in kaart brengen. Een eenmalige constatering ‘Dat pilletje (of die therapie) werkte bij Jan wel!’ is bijvoorbeeld een veel voorkomend fake-argument. Het heeft op zich geen enkele zeggingskracht. Sterker nog, ze is meestal zelfs niet eens waar! Een wellicht indrukwekkende toevalligheid, wordt onterecht als bewijs gezien. Vergelijk het maar met de opmerking dat je aan de roulettetafel het best op 17 kunt wedden, want dat leverde bij de vorige inzet winst op. Observaties moeten dus voldoen aan bepaalde voorwaarden om valide te mogen zijn (bij mogen te dragen aan de kennis).
2 Daarnaast zijn ook de interpretaties van onze metingen/bevindingen niet onfeilbaar… Ter illustratie: Newton’s wetten kwamen volledig overeen met de observaties/metingen van die tijd. De kennis werd verwoord in formules en iedereen kon de validiteit ervan controleren. Dat vertegenwoordigde ‘de waarheid’ van dát moment. Sinds Einstein heeft deze kennis plaats moeten maken voor geheel nieuwe inzichten. Ons beperkte voorstellingsvermogen maakt dat we dus zelfs niet altijd de perfecte interpretaties kunnen geven aan onze ‘valide observaties’. Ook hier is ontwikkeling nodig van ‘denk-ruimte’ en interpretatiegereedschappen zoals de wiskunde. Onze ideeën moeten als het ware kunnen uitstijgen boven onze observaties om tot betere/bredere inzichten te kunnen komen. Hier komt dus de, liefst ongebonden, creatieve geest naar boven die ruimte geeft aan de meest wilde denkmodellen/richtingen (veel ruimte dus voor filosofie). Die ideeën worden dan vervolgens weer gekaderd/bijgestuurd door nieuwe observaties. Observatie (met haar beperkingen) en interpretatie (met haar beperkingen) maken dus samen de best haalbare kennis van dát moment. Zodra we echter menen dat we ‘de waarheid’ hebben gevonden en dus niet meer verder zoeken, dan leren verder ook niet meer bij en houdt ons ‘kennis vergaren’ daarmee dus op. Dat brengt ons op het nut van falsificatie…
3 Falsificatie is het aantonen dat onze vermeende kennis soms tekort schiet. Meestal is dit het gevolg van nieuwe observaties of interpretaties. Dit leidt dan vervolgens wél weer tot nieuwe kennis. Het is dus belangrijk om je te realiseren dat we áltijd moeten blijven proberen om onze bestaande ‘waarheden’ onderuit te halen, anders brengen we de ontwikkeling van de wetenschap tot stilstand! Kort gezegd, wetenschap is een grote fan van ‘voortschrijdend inzicht’.
Rechtvaardiging in bijvoorbeeld reclames of de softe sector: Reclames en artikelen in de softe sector maken soms gretig gebruik van de voornoemde beperkingen van wetenschap daar waar het hen past. “Verzin een tekst die óns belang bevestigt en tegelijk de wetenschappelijke onzekerheden uitvergroot!” lijkt het adagium bij de pr-afdeling. Soms worden wetenschappelijk aangetoonde onwaarheden (bijvoorbeeld een pilletje of behandelingswijze heeft aantoonbaar géén genezend effect), tóch op voorhand weer ter discussie gesteld. Er wordt dan niet gestreefd naar ‘dichter bij de waarheid komen’, maar naar het strooien van ‘zand in de kennis-machine’. Het is niets anders dan ‘afstand nemen van wetenschap om het eigen belang te dienen’. De zogenaamde ‘softe sector’ hanteert soms bij aanprijzingen zelfs een argument tégen de wetenschap: “Als dit ‘product’ iets niét is, dan is het wetenschap!” Het is mij letterlijk een keer geantwoord toen ik reageerde op een uiteenzetting waar ik grote vraagtekens bij zette. Met andere woorden; Wat ik hier doe of aanprijs heeft zeker niéts met wetenschap te maken… Dit wordt door die schrijvers dus als een pré gepresenteerd. Dat is jammer, want daarmee zetten ze veel mensen dus bewust op het ‘verkeerde been’ en bewust misleiden om commercieel gewin vind ik verwijtbaar.
Wetenschap en religie: Ik heb in deze context de ‘religie’ met opzet buiten beschouwing gelaten omdat wetenschap en religie totaal verschillende uitgangspunten kennen. Religie kent veelal een dogmatisch fundament (waarheden op voorhand) waarop ze voortbouwt en aan dat fundament mag/kan niet worden getornd. Wetenschap is gebaseerd op ‘ervaringen’ en kent de permanente behoefte om de vermeende kennis te vervangen door nieuwere, op basis van aanvullend onderzoek of nieuwe interpretatie. Hier is dus juist ‘voortschrijdend inzicht’ het fundament en dat staat haaks op dogmatiek. Een dogma is dus een vloek binnen de wetenschap en wetenschap is vloeken in de kerk, om het maar eens plastisch uit te drukken. Niet zo gek dus dat wetenschap en religie altijd met elkaar in de clinch hebben gelegen. Wetenschapper/Priester Le Maître (groot multidisciplinair wetenschapper én adviseur van de Paus) wist dit conflict wel meesterlijk uit de weg te gaan door zich niet door bijbelse teksten te laten knechten.
Conclusie: Wetenschap levert geen absolute ‘waarheid’ en ze is zelfs niet altijd ‘betrouwbaar’. Niettemin is ze wel de bést gefundeerde kijk op zaken die we op dit moment kennen. Het is dus een zeer sterke gefundeerde ‘mening’, die je niet zomaar zou moeten negeren of kunt weerleggen zonder zelf aanvullend onderzoek en interpretatie te verrichten. Je zou jezelf dan tekort doen.
Iedereen die iets verkoopt, hetzij een idee, product, levenswijze of wereldbeeld, heeft daar argumenten voor en een overtuiging bij… de overtuiging dat het goed is, dat het ergens bij helpt, dat het… tja, vul maar in (los van de eerder genoemde bewuste misleiding natuurlijk). Besef dat wetenschap óók bedoeld is om bij te dragen… Wetenschap is dus niet ergens tégen, maar wil slechts ondersteunende verifieerbare argumenten leveren om, waar mogelijk, beter gefundeerde keuzes te kunnen maken. Laten we wetenschappelijke kennis dus serieus nemen als ze beschikbaar is, terwijl de wetenschap zelf tegelijkertijd ruimte moet laten op gebieden waar ze zelf niet evident kan bijdragen (b.v. ethiek, moraliteit, esthetiek, emotie, filosofie, kunst, spiritualiteit). Ik weet dat het een beetje naïef is, maar ik ga er tevens van uit dat de wetenschapper oprecht streeft naar het vergroten van kennis en niet naar het dienen van andere ‘doelen’ zoals politieke of commerciële. Maar ja, ‘misbruik van goed gereedschap’ blijft natuurlijk altijd mogelijk helaas. Niets menselijks is ons vreemd, dus alertheid blijft altijd goed natuurlijk.
Jeroen Teelen
25 augustus 2023
Hoi Stef,
Helemaal waar! En net als bij jou was mijn trigger eveneens die opmerking ‘ook maar een mening’ tijdens gesprekken, de aanleiding om dit stukje te schrijven… Zoals je weet ben ik, hoewel ik wel de kans heb gehad, nooit een wetenschapper geworden want ik had teveel zeer aantrekkelijke alternatieven (haha), maar daar weet jij alles van. Ik draag de wetenschap natuurlijk wel een zeer warm hart toe en vind ik het jammer (eufemisme) dat ze soms zo wordt weggezet door vooral commercie en andere belangen waar vervolgens grote groepen achteraan lopen. Op de een of andere manier wil men nog steeds graag de marktkoopman met het ‘wonderflesje dat overal bij helpt’, zelfs als is aangetoond dat het geen toegevoegde waarde heeft voor een beoogd doel (zoals bij veel alternatieve geneesmiddelen…) of moet een luchtballon ineens grote waarde krijgen (de Jomanda’s). Dat verzekeraars daar dan ook nog weer in meegaan omdat het ‘klanten oplevert’ is diep triest want we kunnen ons zorgbudget natuurlijk maar een keer uitgeven. Ik hoop dat dit stukje een enkeling/politiek misschien helpt inzien dat het anders zou kunnen/moeten… Leuk om je hier weer te ‘ontmoeten’… Geweldige herinneringen aan onze UT-tijd (die zou ik graag overdoen). Dank voor je reactie! Groetjes, Jeroen
Mooie analyse Jeroen! Je triggert me met je opmerkingen over “mening”. Zelf beoefen ik mijn hele leven al wetenschap. Al toen ik in de collegebanken zat (1979) vertelde een professor gloedvol over de zoektochten, onenigheden en ruzies onder wetenschappers uit de eerste helft van de 20e eeuw. Niets absolute waarheid, niets dogma’s, maar gewoon mensenwerk. Ik geloofde op de middelbare school nog dat natuurwetten “absoluut” waren, maar het bleken formules zijn door mensen ontworpen om waarnemingen te ordenen. Als je met zo’n formule een verschijnsel kunt voorspellen, dan noemen we dat een “natuurwet”. Die geldt totdat iemand met iets beters komt. Dus een echte wetenschapper weet nooit iets zeker. Zij is altijd op zoek naar meer zekerheid en probeert dus continu bestaande kennis te verbeteren.
Is wetenschap dan “maar een mening”? Laten we eens kijken naar de producten van wetenschap. De computer waar ik deze reactie op tiep is zo’n product, maar op basis van meningen had die computer er niet geweest. Een de auto bestaat ook niet op basis van “ook maar meningen”. Alleen door systematisch speurwerk naar waarneembare feiten en alleen door grondig denkwerk om wetmatigheden in die feiten te ontdekken kunnen we betrouwbare kennis bouwen. Kennis waarop je kunt bouwen. En daarom leren wij onze studenten het verschil tussen meningen en feiten.
Als wetenschappers na jarenlang collectief speurwerk tot een nagenoeg eensluidende conclusie komen dat de klimaatcrisis echt aan de gang is, kun je dat dan afdoen als “ook maar een mening”? Of laat je je dan stiekem leiden door je wens om lekker brandstof te blijven verstoken? Lobbyclubs maken daar gretig misbruik van. Zo heeft de tabakslobby jarenlang twijfel gezaaid over onderzoek, om wetgeving tegen tabak te torpederen of op z’n minst te vertragen. Zo stellen zij hun commerciële belangen veilig. En op internet hebben lobbyclubs helemaal vrij spel. Op internet kun je makkelijk een “alternatieve waarheid” aan de man brengen. Marketeers weten precies hoe dat moet. De vraag aan ons gewone mensen is: laat je je misbruiken door belangenclubs die twijfel lopen te zaaien over betrouwbare en erkende kennis? Of durf je zelf te twijfelen, zodat je je eigen kennis kunt verbeteren? En wie vind je betrouwbaarder: iemand die de mening verkondigt dat wetenschap “ook maar een mening” is, of mensen die hun leven wijden aan het verbeteren van betrouwbare kennis? Kies zelf.